Helionopsis orientalis

Deze plant behoort tot de Melanthiaceae, waaronder ook o.a. H. kawanoi en H. koreana behoren, maar ook Trillium, Veratrum en Ypsilandra. Helionopsis orientalis komt oorspronkelijk voor in Oost-Azië (Japan en Korea)). Daar groeit hij op open, steenachtige plaatsen langs beekjes.
De plant heeft 5 tot15 cm lange, puntvormige bladeren, welke in een rozet staan. De bloeistengels worden ongeveer 20 cm lang met aan de onderzijde wat schutbladeren. Aan het eind van deze bloeistengels ontstaan knikkende bloemen in trossen. De bloemblaadjes zijn 1 tot 1,5 cm. En paarsroze tot bijna wit. Als de zaaddozen zich ontwikkelen, groeien de bloeistengels door. Het zaad is makkelijk te verkrijgen. Deze zitten in driehoekige capsules, welke je er zo af kunt pakken. Ok is de plant makkelijk te vermeerderen door scheuren. Er schijnt ook een witte vorm verkrijgbaar te zijn onder de naam: H. flavida ‘snow white’.
Bij mij staat Helionopsis orientalis op een beschaduwde plek in vochtige grond, welke wat turf bevat en dus wat zurig is. De plant gedijt daar al jaren, samen met Cassiope, Shortia en wat Pleiones. Daar komt nog bij, dat deze plant heel vroeg, n.l. maart in bloei komt en dus een leuke aanvulling is op al onze vroege bolgewasjes, zoals Galanthus en Crocus. Een voorbode van het tuinseizoen, zeg maar.

Gerard Verweij