December 2024 | Bekijk alle edities ‘Plant van de maand’
Asplenium ceterach
Syn. Ceterach officinarum
Schubvaren
Jaren terug was ik met mijn vrouw in Kusadasi -aan de zuidkust van Turkije- op vakantie. Met een gehuurde auto hebben we toen wat uitstapjes gemaakt, waarvan enkele naar het Taurusgebergte. Hier zag ik op een gegeven moment voor het eerst dit leuke kleine varentje. Ik was toen net met de hobby bezig en met schaamrood op mijn wangen durf ik wel te vertellen, dat ik toen wat exemplaren heb verhuisd van Turkije naar Utrecht. Enkele van deze exemplaren zijn later weer verhuisd naar Soesterberg, waar ze het nog steeds volhouden.
Asplenium ceterach behoort tot de familie van de Streepvarens, Aspleniacae.
De plant is in Nederland beschermd en zeer zeldzaam.
De plant komt voor in Noord-Afrika, Europa, Midden Oosten en het aangrenzende Azië
Daar groeit ze op muren en rotspartijen. Ook in Nederland en België komt ze vooral op oude muren voor. Een leuk weetje is, dat de oude naam Miltvaren te maken heeft met geneeskrachtige eigenschappen bij kwalen aan de milt.
De plant heeft gelobde tot veerdelige bladeren van 5 tot 20cm lengte, waar aan de onderkant de sporen zitten. Ook langs de bladranden zitten sporen.
Als de plant in schaduw of halfschaduw staat is ze het meest gelukkig. Wat kalk kan geen kwaad. De plant is volledig winterhard. Bij droogte krullen de bladeren op, dan lijkt het net of de plant aan het afsterven is. Komt er dan weer vocht bij, rollen ze netjes weer uit.
Bloemen geeft ze niet, maar vanwege de leuke uitstraling en altijd groene kleur is A. ceterach wat mij betreft een aanvulling voor elke rotstuin.