Februari 2018 | Bekijk alle edities ‘Plant van de maand’

Een van de vroegst bloeiende Androsace soorten, maar helaas extreem moeilijk in cultuur. Het is en blijft een grote uitdaging om deze rijkbloeiende soort in cultuur in leven te houden. A. ochotensis vormt een zeer compact kussen en bloeit bij ons meestal in februari/begin maart. Ik weet niet of er nog iemand is binnen de Rotsplanten Vereniging die hem in cultuur heeft, maar bij mij is het sinds vorig jaar een ‘gehad’ plant. Ik heb er jaren van mogen genieten en steeds weer geprobeerd om via stek deze bijzondere plant te vermeerderen. Het is mij 2 keer gelukt om 2 stekjes aan de wortel te krijgen. Heel erg moeilijk dus, en je moet ook engelengeduld hebben voordat er kleine worteltjes verschijnen. Zaden heb ik nooit kunnen vinden in mijn planten. Waarschijnlijk omdat er in die tijd van het jaar nog bijna geen insekten zijn, die voor bestuiving kunnen zorgdragen. De enige manier in ons land om deze soort te kweken is in een alpinekas.

In de natuur is deze plant te vinden in arctische streken en dan met name in het Noord-Oosten van Siberië en in een deel van Alaska. Aan weerszijden van de Beringstraat. En groeit daar in een zeer stenig mengsel waar zo goed als geen andere begroeiing aanwezig is. En vaak aan de kust van beide landen. Dus in de buurt van de Stille Oceaan. En daarmee tijdens het groeiseizoen onder invloed van een vochtige atmosfeer. Voor de echte diehards onder ons een uitdaging om ergens zaden te bemachtigen en deze prachtige soort weer (op)nieuw in cultuur te krijgen. En wanneer er iemand in zou slagen om er jonge planten van te kweken ben ik de eerste die er een wil reserveren.

Luuk Vermeer