December 2017 | Lees alle columns
Vriend Dirk – hoewel een stukje jonger – beoefent een ‘sport’ die ik verfoei. In het televisieprogramma ‘Andere tijden’ werd het onlangs belicht: ‘Overwinteren’. Het begon begin jaren zestig langzaam in zwang te raken, gepensioneerde Nederlanders die – toen – massaal per bus en chartervlucht richting Spanje togen. Het was weliswaar een leuke uitzending met een mooi overzicht van verleden tot heden, maar het kon bij mij de gruwelgevoelens niet wegnemen. Bloemkool en spruitjes in een Spaans appartement, neen, driewerf neen! En anno 2017 is dit nog steeds! En zeker, vriend Dirk als middenvijftiger en zijn eega zelfs nog niet door die magische grens heen, bereizen het zuiden per mobilehome of te wel een heuse camper, maar voor mij maakt dit reizen per moderne pensionadokoets niet veel anders. Het beeld blijft hetzelfde, gruwelijk en toch ook wel wat sneu. Nu weet u ondertussen dat ik niet een juist rolmodel van de gemiddelde Nederlander ben en daar ben ik overigens maar wat trots op. Wat ik hiermee wil zeggen is dat u zich maar niet al te veel aangesproken moet voelen als u ook tot het legioen behoort dat de zon opzoekt in de maanden als het hier – volgens dit legioen – slecht toeven is. U weet – als u tenminste de moeite neemt regelmatig dit gekrabbel te lezen – dat ik een voorstander ben van de herfst, als alpinefanaat natuurlijk dol ben op het voorjaar en dat mijn taak als alpiene tuinman in de zomer gericht is op het laten overleven van de planten. En ja, de winter is een heerlijke periode die wat rust brengt. Foto’s van de alpiene planten uit zoeken, de database van de collectie bij werken, plantenboeken lezen en klusjes in huis doen die zijn blijven liggen door het rijke rotsplantentuinleven. En dan heb ik het nog niet eens over het mijmeren en mediteren over al die nieuwe plannen voor het komend rotsplantenjaar. Die nieuwe platte bak, het veranderen van een stukje rotstuin, of nog mooier, weer een paar vierkante meter van dat vermaledijde gazon inpikken voor een stuk alpiene gebeuren. Nee, wie zou dit in willen ruilen voor bloemkoolgruwel in de Spaanse zon, drie hoog in de appartementenflat of met camper bumper aan bumper op een Hollandse camping? Goed, er is meer tijd voor een sociaal leven buiten het rotsplantenleven, maar dat wil nog niet zeggen dat ik 2 maanden of nog langer mijn seizoensgebonden leven wil verkwanselen voor een twijfelachtig verblijf onder de Spaanse of Portugese zon. Zelfs bestemmingen als Tenerife, Lanzarote, Gran Canaria, tot zelfs Kaapverdië toe staan tegenwoordig hoog in het ‘Hollandsenvaandel’ bij de pensionado’s. Hoe kun je nu de afsluiter van het seizoen – de winter – die tevens aan het eind overgaat in het seizoen dat het begin is van ‘nieuw leven’ inruilen tegen deze ‘bejaardentrek’. Als je dan toch daar bloemkool en patat eet, waarom dan niet lekker thuis blijven met de Hollandse cafetaria om de hoek en de Hollandse bloemkool lekker goedkoop bij de grootgrutter. Ik hoop op een goede winter, met sneeuw en vorst, dus veel zon. Strakke Hollandse luchten met schaatsende Nederlanders al koek en zopie happend op weg naar de horizon. En als dan die jongen van Kramer triomferend de handen omhoog gooit als hij over de eindstreep op de Bonkevaart glijdt… Ja, dan hoop ik van harte dat die neplandgenoten spijt krijgen dat ze nu daar zitten en geen deel uitmaken van dit historische hoogtepunt. Dat ze zich schamen en zelfs vrijwillig bij terugkeer hun paspoort inleveren op het gemeentehuis, of nog mooier, dat de winter plotsklaps overgaat in een sprankelend en tintelend voorjaar en dat de rotsplanten eruit knallen en dus uitgebloeid zijn als de overwinteraars hun tijd erop hebben zitten, omdat ze tot eind maart geboekt hebben. Als troost van het missen van deze prachtige overgang van winter naar voorjaar mogen ze dan hun paspoort wel behouden, ik ben de beroerdste niet. Ach, ik weet het, ik ben een oude mopperaar bij tijd en wijle en sommige dingen hebben tijd nodig om te laten bezinken. Dirk en zijn vrouw hebben gevraagd of we een paar weekjes mee willen naar Portugal in de camper. We kunnen dan terugvliegen wanneer we willen met zo’n prijsvechter van de pensionado luchtvloot. Geen spruitjes, geen bloemkool, geen camping met Nederlanders, maar wel een tour langs kleine wijnboeren, ambachtelijke kaas- en chorizomakers, flora en fauna en een satellietontvanger in de camper om Sven Kramer de Elfstedentocht te zien winnen.
Ik heb het in beraad.